
De Brusselse tram tijdens de WO II
Ter gelegenheid van de herdenkingen van het einde van de Tweede Wereldoorlog op 8 mei 1945 en 150 jaar tram vertelt de MIVB haar geschiedenis in een nieuw format: de podcast! Beluister Lijn 150, de podcast van de MIVB.
De Tramways Bruxellois tijdens de Tweede Wereldoorlog
Op 10 mei 1940 valt het Duitse leger Nederland, België en het Groothertogdom Luxemburg binnen. De Belgische regering pleegt spoedoverleg en verklaart Brussel een “open stad”. Op 17 mei, heel vroeg, trekken de eerste Duitse troepen Brussel binnen. Het hakenkruis wordt gehesen aan het stadhuis. Het zal 52 maanden blijven hangen.
De Duitse bezetter legt meteen beslag op paarden en brandstof. In de stad wordt alles schaars en ligt de nadruk op overleven.
De Tramway Bruxellois dragen ook de gevolgen: afgeschafte lijnen, een avondklok,… Tijdens deze sombere periode zijn de trams de enige manier voor de Brusselaars om zich te verplaatsen.
Innovatie tijdens de bezetting
Tijdens drukke momenten, moeten de trams reizigers weigeren. Er staan enorm veel mensen te wachten aan de haltes. De dienstverlening is verre van optimaal. Maar de bezetting zet geen rem op de inspiratie van de Tramways Bruxellois.
Zo worden in januari verlichte lijnnummers ingevoerd. Een heel gewaardeerde innovatie, want in een stad met nauwelijks licht kan je de lijnnummers nog nauwelijks aflezen eens de avond valt. In maart wordt de eerste dispatching in gebruik genomen.
Er worden voor het eerst vrouwen aangeworven als ontvangers. Zij vervangen onder meer gevangen genomen of opgevorderde collega’s
Tussen de bommen door
1943 is een moeilijk jaar. Het Duitse leger moet zich terugtrekken uit Afrika en de Brusselse bevolking komt in opstand. Het verzet pleegt aanslager tegen de indringer. De Duitsers reageren onder meer met een strengere avondklok. De geallieerden beginnen Brussel te bombarderen.
Haren, Etterbeek, Elsene... de hoofdstad brandt. De menselijke verliezen lopen op. De Tramways Bruxellois proberen zo goed en kwaad als het kan te blijven functioneren, maar leven op het ritme van de steeds talrijker wordende luchtalarmen.
Alles is schaars: voeding, technisch materiaal... zelfs geld.
De bevrijding
Begin september 1944. Het Duitse leger vlucht grotendeels uit Brussel. De militairen die toch nog op post blijven vechten nog tegen het Belgische verzet. Er wordt geschoten. Het Justitepaleis brandt.
Op 4 september trekt de brigade Piron Brussel binnen. Het volk juicht, de hoofdstad is bevrijd.
Op 8 mei 1945 is de oorlog definitief afgelopen. Voor de gelegenheid worden de trams getooid met bloemen, Belgische, Amerikaans en Engelse vlaggen.
De bevolking komt op straat, feest. Maar hoe ga je naar het centrum van Brussel om je helden te vieren? Met de tram natuurlijk! De dienst is altijd verzekerd. De bevolking heeft de Tramway Bruxellois, populairder dan ooit, opnieuw nodig om deel te kunnen nemen aan dit historisch feest.
Ondanks de oorlog en de bezetting vervoeren de Tramway Bruxellois tijdens het jaar van de bevrijding maar liefst 408 miljoen reizigers. In 1940 waren dat er 254 miljoen.
De Tramways boekten ook winst. Er komt geld binnen... zonder dat er wordt uitgegeven. De schaarste leidt tot recyclage en plantrekkerij.
Maar dat niet zonder de nodige offers van het personeel van de Tramways Bruxellois tijdens deze sombere periode van de geschiedenis: defect rollend materieel, moeilijke werkomstandigheden, rantsoenering.
Beluister de bonusaflevering van Lijn 150
Luister hieronder. Ook beschikbaar op Spotify en Apple Podcast.