Weet je nog, in het eerste deel van Rise and shine hebben we je verteld over de enthousiaste Raymond en de schoonmaak van onze trams. Vandaag zetten we de schoonmaak van de bussen in de kijker. Hoe worden ze onderhouden, schoongemaakt en … opgemaakt? 🙂 Wat is het bureel ‘sorties’? Hoe kan je de vloot onderhouden zonder de frequentie op het net te verstoren? Wij kunnen je er alles over vertellen na een bezoekje aan het atelier van de stelplaats in Haren.

Buswash

Elke avond na 18u kijken onze medewerkers de bussen na aan de hand van een checklist. Benzine, olie, algemene toestand, snelle poetsbeurt: per uur worden er 4 bussen onder de loep genomen. “Dit is een taak die enkel ’s avonds kan want al onze voertuigen rijden overdag op het net en we kunnen ze niet te lang laten stilstaan. We moeten de uurroosters overdag kunnen aanhouden”, legt André, technisch klerk in de stelplaats in Haren, ons uit. “Het moet snel gaan, want de bussen moeten de volgende ochtend terug paraat zijn. Daarom werken we ’s avonds en ’s nachts.”

Net als de tram, heeft ook de bus een eigen ‘carwash’: de buswash. Twee enorme borstels maken de buitenkant van de bus schoon met veel water. De binnenkant van de bus is manueel schoon te maken zonder teveel water te gebruiken, om een kortsluiting te vermijden.

• Wist je dat? Het water dat we gebruiken bij de schoonmaak van onze bussen is regenwater.

Om de 800 à 1000 km krijgt elke bus een grondige schoonmaakbeurt. Er is een planning om de schoonmaak goed te kunnen opvolgen. “Als we ’s avonds tijdens de check-up merken dat een bus heel vuil is langs de buitenkant, gaan we ermee door de buswash”, vertelt André. Dit komt bijvoorbeeld vaker voor in de winter, wanneer het slecht weer is of er veel zout op de wegen ligt.

Technische controle

Afhankelijk van de reisweg leggen onze bussen gemiddeld een honderdtal kilometer per dag af. Daarom controleren we regelmatig of alles werkt. Onze medewerkers voeren zowel preventief (op voorhand ingepland) als correctief onderhoud uit, bij schade.

Het onderhoudsatelier in Haren heeft twee werkkuilen waar het onderhoud voor de technische controle kan gebeuren. Twee maar? Inderdaad. We kiezen er vaker voor om onze bussen op te krikken, zoals je kan zien op de foto hieronder. Dit heeft als voordeel dat het een mobiele werkplaats is en ook comfortabeler werken voor onze technici.

Dagelijks krijgen 3 à 4 bussen verse olie. Onze mecaniciens hebben per model een technische fiche waar ze het juiste type olie kunnen terugvinden. De fiches zijn belangrijk: met de verkeerde olie zou je hetzelfde effect hebben als wanneer je diesel in een benzinewagen tankt! De gebruikte olie wordt in containers gegoten en een extern bedrijf haalt ze op om ze te recycleren.

Bureel ‘sorties’

Wat gebeurt er eigenlijk als bussen schade oplopen op het net? Wel, daar bekommert het bureel ‘sorties’ zich over. Deze medewerkers hebben daarom vaak contact met de dispatching bus, en zorgen ervoor dat de bussen piekfijn in orde zijn vooraleer ze de stelplaats verlaten. Als één van de bussen in moeilijkheden geraakt op het net, sturen ze meteen een bericht en zorgen ze ervoor dat een andere bus ter plaatse komt. Deze job vergt dus wel wat stressbestendigheid.

Als een bus de stelplaats binnenkomt na een panne of schade, kan bijna alles ter plaatse hersteld worden. Het atelier heeft een opslagplaats met onderdelen, als het ware een geheime grot van Ali Baba. Dat is nodig. We kunnen de bussen niet te lang van ons net houden, dus moeten alle problemen snel kunnen verholpen worden.

We zijn er zeker van dat jullie nu zitten te wachten op Rise and Shine, part 3, waar de metro’s aan de beurt zijn. Nog even geduld… 🙂